Inventarisatie zieke essen in Valckesteijnse bos
AlgemeenRIDDERKERK - De essen in het Valckesteijnse bos zijn ziek. Ze zijn aangetast door de essentaksterfte, verliezen daardoor takken en kunnen op termijn zelfs omvallen. Om gevaarlijke situaties te voorkomen grijpt Staatsbosbeheer in. Gezien het grote aandeel essen in het bos is de impact groot. Om inzicht te krijgen in de omvang van de werkzaamheden worden de essen de komende weken geïnventariseerd. Ze worden gemarkeerd met gekleurde stippen; in vakjargon heet dit blessen.
Gekleurde stippen
Staatsbosbeheer gebruikt bij het blessen verschillende kleuren. Bomen met een blauwe stip blijven staan. Deze bomen zijn gezond of hebben een bijzondere recreatieve of ecologische waarde. Bomen met een oranje stip of streep worden gekapt. Deze bomen zijn verzwakt en kunnen gevaarlijke situaties veroorzaken. Niet elke boom krijgt een stip. Wanneer voor een heel bosvak dezelfde maatregelen gelden worden daarover afspraken gemaakt met de aannemer.
Essentaksterfte
De es is een karakteristieke, inheemse boomsoort die niet herstelt van de essentaksterfte. Deze ziekte slaat in Nederland in hoog tempo toe en zorgt ervoor dat de bomen snel afsterven. Aangetaste bomen bevatten donkere verkleuringen in de bast, weinig tot geen blad en veel dode takken. Naar schatting gaat zo'n 90% uiteindelijk dood.
Algemeen onderhoud
Ze combineren de aanpak van de essentaksterfte met algemeen onderhoud aan het bos, om de overlast voor de natuur en de bezoekers te beperken. Regulier bosonderhoud wordt uitgevoerd in de vorm van dunningen. Hierbij halen ze bomen weg om andere bomen zoals eik en beuk meer ruimte te geven om verder te groeien. Dat doen ze om de bosstructuur te verbeteren. Dit onderhoud vindt elke vier tot vijf jaar plaats.
Herplant
Daar waar open plekken ontstaan, planten ze eind dit jaar of volgend najaar nieuwe bomen. Daarbij gebruiken ze een grote variatie aan soorten loofbomen. Op deze wijze blijft het bos stabiel en bestand voor de toekomst en volgende generaties. Daarnaast zorgen gemengde bossen voor een grotere biodiversiteit en verkleinen ze daarmee de kans op ziektes.
