
Kastelein en burgemeester
Algemeen23 mei 1865. De commissie “tot regeling van de Volksfeesten ter gedachtenisviering van de voor 50 jaren plaats gehad hebbende strijd te Waterloo” heeft plannen ingediend om de gehele gemeente in het feest te doen delen en dit feest door eensgezindheid, algemene vreugde en verbroedering ook waarlijk tot een feest te maken.
rubriek Stichting Oud Ridderkerk
De gemeenteraad, waarvan ook twee leden zitting hebben in genoemde commissie, besluit voor het nobele doel een bijdrage te geven van ƒ 200. De datum van het herdenkingsfeest wordt vastgesteld op de 19e juni, zijnde de eigenlijke datum van de 18e op een zondag (destijds en ook dit jaar).
Optocht
Op 19 juni wordt een optocht gemaakt door “de gansche uitgestrektheid” der gemeente, waaraan ook wordt deelgenomen door het gemeenteraadslid Jan van den Hoek. De rest van de Raad is bijeen in zijn gewone vergaderplaats, het huis van kastelein Joh. Rijsdijk (het latere Sint Joris) aan de Molendijk om daar het slot van de viering mee te maken. Maar dat loopt wel anders dan verwacht. De kastelein verkeert in een opgewonden stemming, omdat hij als voerman van de wagen met muziek nogal wat alcoholische versnaperingen heeft genuttigd en hij is niet tot bedaren te brengen.
Even later stapt hij in razende toestand de vergadering binnen en eist dat allen zijn huis verlaten. Hij verandert dat meteen door te zeggen dat iedereen mag blijven, maar de politie moet weg. Dat is bedoeld tegen burgemeester Kruijff als hoofd der politie, die om erger te voorkomen de vergadering verlaat.
Verontschuldigingen
Twee dagen later biedt de kastelein in een onderdanig gestelde brief zijn verontschuldigingen aan: “Ik wil mij, hoe ook, volstrekt niet zoeken te verschoonen voor mijn schandelijke handelswijze omtrent u, maar smeke u bepaald uit de grond van mijn hart om vergeving en verschooning, want mijn gemoed is vol, zó vol, dat ik op dit ogenblik geen lust heb in mijn leven.”
De burgemeester was echter onvermurwbaar. Hij roept de Raad bijeen in het rechthuis van Rijsoord en doet het voorstel om de raadsvergaderingen niet langer bij Rijsdijk te houden en desnoods zelf een pand aan te kopen. De Raad kan hem hierin niet volgen en vindt unaniem dat de straf voor Rijsdijk te zwaar is, maar bovenal ook te duur uitkomt voor de gemeentekas.
Eerste gemeentehuis
Burgemeester Kruijff was er echter niet de man naar om een plan gemakkelijk op te geven. Hij komt na enkele maanden op de zaak terug en weet de Raad er toe te bewegen het buiten ‘Waalburg’ aan te kopen voor ƒ 6500,- en dit in te richten als gemeentehuis, vergaderzaal èn woning voor de burgemeester. Met voortvarendheid werkt de Kruijff het plan verder uit met als resultaat dat de Raad van Ridderkerk op 2 januari 1866 reeds kan vergaderen in het eerste eigen gemeentehuis. Het heeft nog dienst gedaan tot in 1909.
Oude foto’s zijn welkom
Oude foto’s, films, video’s met beelden van Ridderkerk?. Het museum weet er raad mee! Gooi ze niet weg, maar lever ze in, graag ook van na 1970. De fotowerkgroep van de Stichting Oud Ridderkerk neemt het allemaal graag in ontvangst.