Een wandeling in het plantsoen van de Rijnsingel
Een wandeling in het plantsoen van de Rijnsingel Foto:

Winterblues

De lijst van dingen die niet kunnen of mogen is lang. Iedereen wordt geraakt. Beperkingen voor scholen, sportscholen, winkels, kerken, bibliotheken, bars, restaurants, bioscopen en theaters en wat vooral veel mensen raakt, familiebezoek. Ja, we zijn ook verwend en nu het even tegenzit zijn we allemaal (van slag) geraakt. Neem daarbij de traditionele winterdip en het is niet verwonderlijk dat veel mensen somber zijn gestemd of zitten soms zelfs in een depressie.
Gelukkig is er een goede remedie. Ga er zoveel mogelijk op uit! Een rondje in het groen het liefst in de eigen omgeving. Doe dit elke dag. Bewegen is gezond. Frisse lucht en als het even kan een beetje zonlicht. Geen lichttherapie kan tippen aan het gewone daglicht. En nu de langste nacht van het jaar is gepasseerd krijgen we daar steeds meer van tot onze beschikking.
In de weekend is het druk met mensen die een luchtje scheppen. Tijdens de intelligente lockdown hadden gemeenten, Staatbosbeheer en Zuid-Hollands Landschap de parkeerplaatsen bij natuur en recreatieterreinen gesloten. Gelukkig is dat bij de tweede lockdown intelligenter aangepakt.
Het is in het weekend druk op die parkeerplaatsen. Zo stonden we in de rij voor een parkeerplaats bij de Carnissegriend. In de Zuidpolder zagen we drie parkeerplaatsen en ze waren allemaal vol! De radio riep op om niet meer naar het strand te gaan want het werd te druk.
Wandelen en fietsen kan overal. Maar je hoeft niet ver weg te gaan. Een ommetje in het groen is overal mogelijk. In deze tijd blijkt maar weer het belang van groen in onze woonomgeving. Er is altijd wat te genieten, zelfs inde winter. Heb je de eerste sneeuwklokjes al gezien? Hoe prachtig bloeien de elzen en de hazelaars. Zoek tussen al die mannelijke meeldraden eens het vrouwelijk bloempje op.
En let op het bloeien van de iepen dat begint een dezer dagen. De meeste mensen hebben geen weet van de schoonheid van een bloeiende iep, u wel?

Aart van Dragt


Metingen van Ridderkerkers toetsen rekenmethode voor luchtkwaliteit

De rekenmodellen die de DCMR Milieudienst Rijnmond gebruikt om de hoeveelheid stikstofdioxide in de lucht te berekenen, komen behoorlijk overeen met de resultaten van echte metingen.
Dat blijkt uit het project 'Samen Meten' van de Milieudienst, de provincie en de Rijnmondgemeenten. Meer dan tweehonderd inwoners van de Rijnmond, onder wie ook deelnemers uit Ridderkerk, hebben een jaar lang elke vier weken de hoeveelheid stikstofdioxide in de lucht gemeten met zogeheten Palmes-buisjes. Het project Samen Meten is opgezet om het vijftigjarig bestaan van het luchtmeetnet in de Rijnmond te vieren.
Uit de metingen blijkt dat de hoeveelheid stikstofdioxide in de lucht gemiddeld bij alle deelnemers in de Rijnmond onder de Nederlandse grenswaarde ligt. Vergeleken met de rest van Nederland is de hoeveelheid stikstofdioxide in de lucht in onze regio wel wat hoger.

Klein verschil
De metingen zijn ook gebruikt om de rekenmethode van de DCMR te toetsen. Ze zijn vergeleken met modelberekeningen op basis van een beperkt aantal meetpunten van de DCMR. Voor de meeste locaties was het verschil tussen de metingen en de modelberekeningen klein. Het rekenmodel werkt dus best goed, ook in een industriegebied als de Rijnmond.
Het project 'Samen Meten' laat een kleine onderschatting zien van de cijfers ten noorden van de Nieuwe Waterweg. Voor de plekken waar het verschil tussen metingen en modelberekeningen wat groter was, wordt verder gezocht naar de precieze oorzaak.
Een rapportage, het webinar en andere informatie over het project is te vinden op: www.dcmr.nl/onderwerpen/zelf-meten.html..
Op Ridderkerks grondgebied staan twee meetstations: aan de Hogeweg (vlakbij de A15 en A16) en in Rijsoord, nabij de Voorweg. Meer informatie: www.luchtmeetnet.nl.