INGEZONDEN

Geachte wethouder,
Sinds mensenheugenis een beproefd recept: Als de boodschap je niet welgevallig is, doch evenmin te ontkennen, breng je simpelweg de boodschapper om zeep. Of in de hedendaagse politiek: als de vraag je niet aanstaat, geef je gewoon antwoord op iets anders.
In die traditie past uw ingezonden brief van afgelopen week. Immers, de kernvraag is niet van welke partij ik secretaris ben (is algemeen bekend), maar wat u en uw partij nu daadwerkelijk hebben gedaan om de wachtlijst voor een woning te verkorten. Die is juist langer geworden. En, mede namens al die jongeren die u aan zich heeft verbonden, waar blijft in vredesnaam dat “unieke plan” of beter nog, de sleutel van een eigen woonplek?
En nee wethouder, ik heb geen baat bij een kwaad daglicht. Ridderkerk heeft baat bij een frisse lokale partij die zich sterk had moeten maken voor haar burgers, waaronder woningzoekenden. In dat licht verdient het wellicht aanbeveling u niet alleen te richten op social media en business party’s, maar u meer te oriënteren op wat er wérkelijk in Ridderkerk speelt. Dan had u kunnen invoelen dat de breed gedragen kritiek niet is ingegeven door partijpolitiek, maar door teleurstelling. Want wellicht zijn de verwachtingen te hoog geweest, van het veelbelovende geluid vóór de laatste verkiezingen is in drie jaar tijd niets overgebleven. Ondergesneeuwd door de drie musketiers heeft u zich geconformeerd aan de aloude politiek van “pappen en nathouden” en onderhorigheid aan de BAR, Nieuw Reijerwaard, Regio etc. Kwesties waar u eertijds toch de mond vol van had!
Maar goed, ik heb een ruim hart en uw narrige epistel zij u van harte vergeven; als je er tientallen Eneco-miljoenen doorheen hebt gejaagd en dan nóg niks voor elkaar hebt gekregen, zou ook ik gefrustreerd zijn.

Peter van Veelen
(zoals altijd: op persoonlijke titel)